Verslag van de presentaties en paneldiscussie Museumwerf Vreeswijk, Nieuwegein 7 NOVEMBER 2006
In opdracht van Architectuurcentrum Aorta en Erfgoedhuis Utrecht werkten twee ontwerpteams aan een ontwikkelingsplan voor de Vaartse Rijn, het kanaal dat van de Lek bij Vreeswijk naar de stad Utrecht loopt en bij Tolsteeg overgaat in de oude Gracht. Na afloop zijn de plannen in een werkplaats van de historische scheepswerf in Vreeswijk gepresenteerd aan een panel en publiek. Landschapsarchitect Paul Roncken leidde de discussie die zich vervolgens ontspon tussen de teamleiders, de panelleden en het publiek.
De opgave
De Vaartse Rijn was ooit bedoeld voor de handel met het Duitse achterland. Inmiddels is de vaart verworden tot een vergeten waterlijn. Zowel de Provincie Utrecht als de gemeenten Utrecht en Nieuwegein beschouwen de Vaartse Rijn als basis voor hun toekomstige ruimtelijke hoofdstructuur. Zij gaan daarbij echter vooral uit van het land: de inrichting van het land moet de samenhang en ruimtelijke kwaliteit van het land en het water versterken.
In de opdracht aan de ontwerpteams wordt dit omgedraaid: het water wordt het uitgangspunt om de samenhang en kwaliteit van het water en het land te versterken. De hele Vaartse Rijn, vanaf het Ledig Erf in Utrecht tot aan de Lek in Vreeswijk, is daarmee onderwerp van onderzoek. Er wordt niet gelet op de grenzen van de gemeentelijke plangebieden. Historisch, geografisch en economisch gezien is de Vaartse Rijn tenslotte altijd al één geheel geweest.
Tijdens een drietal atelierdagen maakten de twee multidisciplinaire teams ontwerpvoorstellen, ieder onder leiding van een master. De teams onderzochten welke mogelijkheden er zijn voor revitalisering, bijvoorbeeld door toepassing van alternatieve vormen van transport en het uitzetten van recreatieve routes. Om inzicht te krijgen in de consequenties voor het complexe stedelijke weefsel aan de oevers van de Vaartse Rijn, werd de gekozen strategie over (her)gebruik op twee locaties langs de oever zichtbaar gemaakt. De teams hadden beschikking over een cultuurhistorische rapportage en de resultaten van een onderzoek naar het vervoerspotentieel over de Vaartse Rijn. De teams werden ondersteund door ‘visiting critics’.